De cao-onderhandelingen voor het voortgezet onderwijs zijn vastgelopen, en vakbonden dreigen nu met acties om de werkdruk aan te pakken. Een belangrijk punt daarbij is het aantal lessen per week. De eis: maximaal 22 lessen, om docenten meer ruimte te geven voor voorbereiding en ontwikkeling. Maar is dit haalbaar en effectief?
Minder lessen, meer kwaliteit
Voorstanders van een limiet van 22 lessen per week wijzen op de hoge werkdruk in het Nederlandse onderwijs. Minder lessen betekent meer tijd voor voorbereiding en nascholing, wat de kwaliteit van het onderwijs ten goede komt. In landen zoals Finland en Denemarken, waar leraren minder lessen geven, zijn de onderwijsresultaten hoog. Deze landen bewijzen dat een lagere lesdruk niet alleen mogelijk is, maar ook bijdraagt aan een beter leerklimaat voor zowel docent als leerling.
Onhaalbaar en duur
Critici stellen dat een maximum van 22 lessen per week onhaalbaar is binnen het huidige Nederlandse onderwijssysteem. Dit zou leiden tot een tekort aan docenten en hogere kosten. Bovendien werken in veel andere landen docenten met grotere klassen en meer lesuren zonder dat dit automatisch leidt tot slechtere onderwijsresultaten. Is een reductie in lesuren dan wel de beste oplossing voor de werkdruk?
Wat denk jij: is het verlagen van de lesdruk realistisch, of hebben we een andere aanpak nodig?
