Het voortgezet onderwijs past schoolvakken regelmatig aan om mee te bewegen met maatschappelijke ontwikkelingen. Denk aan de introductie van digitale geletterdheid of de vernieuwing van burgerschapsonderwijs. Een paar jaar geleden werd met Curriculum.nu en Onderwijs2032 een grote schoonmaak in gang gezet om het onderwijs toekomstbestendig te maken. Maar nu lijkt die vernieuwing vast te lopen.
Curriculum.nu zette leraren en vakexperts aan het roer om nieuwe kerndoelen en examenprogramma’s te ontwikkelen. Onderwijs2032, de voorganger, onderzocht welke kennis en vaardigheden leerlingen in de 21e eeuw nodig hebben. De plannen kregen veel kritiek, maar maakten één ding duidelijk: het huidige curriculum is verouderd en sluit onvoldoende aan bij de maatschappij. Toch wordt de vernieuwing nu opnieuw uitgesteld. AOb-voorzitter Thijs Roovers waarschuwt: ‘De verouderde kerndoelen leveren voor leraren een onwerkbare situatie op. Het is slecht voor de onderwijskwaliteit. Nog los van de onduidelijkheid die deze tussenfase brengt.’
Ondertussen stelt het nieuwe kabinet een herijking voor: er moet meer nadruk komen op lezen, schrijven en rekenen. Dit roept de vraag op of andere vakken, zoals geschiedenis, aardrijkskunde en kunstvakken, minder aandacht krijgen. Ook wordt er gekeken naar de structuur van de profielen in de bovenbouw, waarbij leerlingen nu kiezen voor een vakkenpakket gericht op een bepaalde richting (zoals Natuur & Techniek of Economie & Maatschappij).
Voordelen van de curriculumvernieuwing
Voorstanders van de vernieuwing benadrukken dat het onderwijs beter moet aansluiten bij de wereld van vandaag en morgen. Zo kunnen actuele thema’s zoals duurzaamheid, technologie en mediawijsheid een logischere plek krijgen in het onderwijs. Daarnaast biedt een herzien curriculum meer ruimte voor vaardigheden zoals kritisch denken en probleemoplossend werken. Onderzoek van de Onderwijsraad (2023) wijst uit dat een modern curriculum de motivatie van leerlingen vergroot, omdat ze de lesstof als relevanter ervaren.
Nadelen en kritiek
Tegenstanders vrezen dat de veranderingen te ingrijpend zijn en leiden tot extra werkdruk voor docenten. Bovendien is er bezorgdheid over de kernvakken: als de focus op lezen, schrijven en rekenen wordt versterkt, welke vakken leveren dan in? De VO-raad benadrukt in een recent artikel dat een verschuiving zonder extra investeringen in tijd en middelen het risico loopt om de werkdruk te verhogen en de onderwijskwaliteit juist te schaden. Ook bestaat de angst dat een aanpassing van de profielen leidt tot onduidelijkheid voor leerlingen en docenten.
Hoe nu verder?
Onderwijs moet met de tijd meegaan, maar hoe groot moeten de veranderingen zijn? Wordt de huidige generatie leerlingen geholpen met een snelle herziening, of is een zorgvuldige, langzame aanpassing beter?
Wat vind jij? Zijn deze aanpassingen noodzakelijk, en hoe zouden ze volgens jou het beste kunnen worden vormgegeven?
Ontdek meer van Werkrust | Ontspannen werken in het onderwijs
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
