Machiel Doeleman
Interviews

‘Stop er een beetje liefde in’ – Machiel Doeleman

Voor teamleder Machiel Doeleman (41) van het Haarlemmermeer Lyceum (locatie Zuidrand) is sport een belangrijke inspiratie om werklust te bewaken. Zo haalt hij zelfs een voetbalfilosoof aan: “Om gelukkig te zijn, moet je iets doen waar je gelukkig van wordt.” (Johan Cruijff). In dit interview lees je hoe hij zijn Werklust behoudt en probeert door te geven.

Sport is voor mij altijd belangrijk geweest. Daarom heb ik ook de ALO (Academie voor Lichamelijke Opvoeding) gedaan. Daarna heb ik nog Beleid, Communicatie en Organisatie aan de VU gestudeerd. In de tussentijd werkte ik bij het zwembad en de sportschool die daar aan verbonden was. Toen leerde ik mijn vrouw kennen en wilde ik wat vastigheid. Er was een halve baan op het Herbert Vissers College en daar werd ik aangenomen. Mijn aanstelling groeide met de jaren. Ik werd mentor, sectieleider, onderwijscoördinator. In 2007 werd ik op het HVC teamleider van de havo-onderbouw. In 2016 ben ik gestart op het Haarlemmermeer Lyceum, locatie Zuidrand, daar werd ik teamleider van vwo 3 – 6.

Lesgeven gaf mij vanaf het begin veel energie. Kinderen zijn heel open en eerlijk in hun interactie. Soms lekker ongenuanceerd. Ik heb het vak van docent wel echt moeten leren. Ik startte onder andere met een aantal basis- en kaderklassen. Bij deze leerlingen merk je direct als je les niet klopt. Als het een keer niet liep, kon ik gelukkig sparren met collega’s. Omdat ik in het begin maar een halve baan had, had ik ook veel tijd voor reflectie. Ik had eigenlijk mijn eigen starterskorting gecreëerd hahaha.

De huidige coronatijd zorgt ervoor dat we ons onderwijs opnieuw moesten uitvinden en ontdekken. Vanaf maart zijn ook wij digitaal gaan lesgeven. Het dwong collega’s tot nadenken over hun didactiek. Ons voordeel was, dat wij een daltonschool zijn. Het nemen van verantwoordelijkheid en zelfstandigheid zijn twee van onze kernwaarden en die kwamen nu goed van pas. Leerlingen waren al gewend om voor elk vak met een taak te werken.

Ik zag grote verschillen tussen collega’s hoe zij vorm gaven aan het online lesgeven. Sommige collega’s hadden veel contact met de leerling en anderen minder. Er waren bijvoorbeeld ook collega’s die er bezwaar tegen hadden om hun camera aan te zetten, bang dat zij gefilmd werden. Als collega’s zagen we elkaar ook veel minder. Online, via Teams, hadden we contact, maar dan zie je alleen elkaars gezicht, maar niet de lichaamshouding. Dat vond ik tijdens gesprekken soms wel moeilijk. Ik was daarom blij dat we op een gegeven moment weer naar school mochten.

Helaas was er in november een uitbraak van Corona in vwo-5. We hebben het hele leerjaar op een vrijdag naar huis moeten sturen. Het besluit werd op vrijdagochtend om 10.30 uur genomen en diezelfde dag hadden we vanaf het 6e lesuur de online lessen weer staan. Daar was ik heel trots op.

Ik probeer iedere collega in mijn team tussen de zomer- en de herfstvakantie minimaal één keer apart te spreken, gewoon om te weten hoe het met ze gaat en wat hen bezighoudt. Soms koppel ik daar ook een lesbezoek aan. In die gesprekken probeer ik altijd uit te gaan van de kracht van mensen. Oprechte interesse en aandacht vind ik belangrijk.

Als het bij een collega niet lekker loopt, dan zit daar meestal een verhaal achter. Dan is er vaak iets mis in de balans tussen thuis-werk-gezondheid. Als één van de onderdelen,  bijvoorbeeld je relatie niet lekker loopt, dan hebben de andere twee er last van. En komt er ineens werkdruk. In zo’n geval vraag ik waar ik op korte termijn mee kan helpen of hoe ik mijn collega het beste kan ondersteunen.

Daarnaast ga ik het gesprek aan over de lange termijn. Ik kan dan best streng zijn. Het klinkt misschien hard, maar als een collega niet voor de klas staat, dan wordt er geen les gegeven en dat is wel waar hij of zij voor beloond wordt. Ik verlang dat elke les heel goed is. De kinderen verdienen het best mogelijke onderwijs. En ja, onderwijs is echt topsport.

Soms is het misschien verstandig dat een collega teruggaat in aanstelling, of als ik hoor wat een collega allemaal naast school doet, dan hebben we het daarover. Een dag heeft maar 24 uur en daarvan zitten er een aantal hier op school.

Het is misschien een beetje vaag maar ‘stop er een beetje liefde in’. Het is een stressvolle tijd momenteel, deze coronatijd. Heb aandacht voor elkaar en luister vooral naar elkaar.
Bouw nadenktijd en tijd voor reflectie in. Ik plan hiervoor gesprekken in met collega’s. We hebben het dan over vragen als ‘waar ben je tevreden over?’ en ‘doen we de goede dingen?’

Ik vind de uitspraak van Johan Cruijff pakkend: “Om gelukkig te zijn, moet je dingen doen waar je gelukkig van wordt.” Het is vraag, die je jezelf zo nu en dan moet stellen: ben ik gelukkig met de dingen die ik doe? Als je niet gelukkig bent met wat je doet, dan moet je ermee stoppen, want dan kun je jezelf niet voor de volle 100% geven.

Blijf sporten en/of bewegen. Zorg ervoor dat je ook lichamelijk fit blijft.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *